CLOSE

Van 2D naar 3D Omgevingsplanning

Van 2D naar 3D Omgevingsplanning

↓ Projectinfo

De verstedelijking in Vlaanderen staat op een historisch keerpunt: ruimte wordt niet langer beschouwd als een onuitputtelijke product, maar als een schaars goed. Verdichtingsdenken is de kern van deze nota.

Van statisch naar dynamisch

Het schema van H+N+S voor het Turkse Arnavutköy illustreert hoe de stad meer is dan een juxtapositie van functies en programma, maar ook een heuse stofwisseling van stromen, aanvoerlijnen en afvalbewegingen. Of anders gezegd: wat bovenaan een 2D-nevenschikking lijkt, is in 3D een innig verweven metabolisme ; wat in 2D onzichtbaar is, wordt in 3D ontbloot. De metabolische blik op de stad vraagt om een andere manier van planning. Een dynamische planning die niet in een statisch 2D plan te vatten is. 3D planning kan hier een interessant antwoord op bieden. Oftewel: 3D planning kan slechts productief zijn, als die ons helpt die stromen in kaart te brengen, te ontwarren en te beheren. Waar metabolisme van steden nu nog vaak grafisch gevangen zit in twee-dimensionele flow charts en Sankey-diagrammen, kan 3D planning ons in staat stellen het beheer van die stromen in alle drie de dimensies te vatten. Zo illustreert de tweede figuur hoe 3D ingrepen in ons stedelijk straatbeeld andere luchtstromen genereren en daarbij kunnen bijdragen dat een verbeterde luchtkwaliteit. Maar ook andere stromen zoals data, transport, water, voedsel, afval laten zich niet vangen met louter een X- en Y-as. In Vlaanderen waagde slechts een klein aantal steden aan de verkenning van hun metabolisme tot hiertoe. 3D planning biedt kansen om ook de stromen in onze steden te vatten en actief te ontwerpen.

Van stapelen naar schakelen

“Twee naakte mannen eten oesters met bokshandschoenen aan”: de scène die Madelon Vriesendorp afbeeldt van de Downtown Athletic Club in Delirious New York blijft intrigeren. Rem Koolhaas loofde in datzelfde boek de wolkenkrabber als een utopisch apparaat voor de productie van schier onbeperkte oppervlakte op grootstedelijke locaties. Maar Vriesendorps beeld toont bovenal de onconventionele combinaties tussen al die verschillende programma’s in hetzelfde gebouw en hoe dat de sociale interactie van de gebruikers kan bevorderen. In tegenstelling tot de huidige praktijk, is ruimtelijk rendement meer dan het louter stapelen van meer programma op minder ruimte. Het gaat om stapelen én combineren , optoppen én complementeren, verdichten én verbinden . Willen we de circulaire economie echt een ontwikkelingskans geven in de productieve stad dan zullen we de drie dimensies nodig hebben om zowel aanvoer, distributie, verwerking, gebruik als recyclage van onze grondstoffen een plek te geven. Dat illustreert de laureaat van de Europan E16 competition voor de Tragel site in Aalst mooi met hun voorstel Reinventing productive heritage. Die gelaagdheid van ontwerp en planning ontplooit zich bovendien ook ver buiten het maaiveld en het gebouwde patrimonium. Zowel bovenop als onder onze steden wordt de ruimte gezocht én gevonden om de woonopgave, energietransitie, klimaatadaptatie en inclusiviteit te realiseren. steden zoals Helsinki, Amsterdam en Singapore sleutelen al langer aan een duurzaam ondergronds ruimtebeleid. De drie-dimensionale netwerken en de publieke ruimte aan verbindingen tussen deze gestapelde én geschakelde functies zijn niet langer te vatten in klassieke plannen en planning. Zonder grond, geen plattegrond. Een geslaagde 3D planning biedt met antwoorden niet louter stapeling, maar ook interactie en onderlinge synergie te stimuleren.

Van 2D naar 4D

Uit deze twee voorgaande theses blijkt dat, hoewel de planningswereld afgestemd is op 2 dimensies, er in realiteit reeds in 3 dimensies ontworpen en gebouwd wordt. Binnen de discipline stadsontwerp combineren bijvoorbeeld stationsomgevingen complexe eigendomsstructuren met mobiliteitsstromen en met verschillende publieke maaivelden die naadloos in elkaar over lopen ; binnen landschapsontwerp verweven ecoducten en voetgangersbruggen biotopen en stromen ; binnen de architectuur worden commerciële plinten gecombineerd met huisvesting, gemeenschapsvoorzieningen opgetopt met woningen, groenstructuren of waterdaken. Bovendien is het zo dat overheden op verschillende niveaus over 3D data beschikken, en er actief mee aan de slag gaan. 3D-modellen van de stad worden ingezet voor hydrologische modellering van rivieren, en ondergrondse rioolstelsels, bezonning-studies, volume-berekeningen, enzovoorts. De wereld van de planning kent nog weinig 3D grafische instrumenten, maar in praktijk is 3D wel al overal aanwezig, geoperationaliseerd door snedes, axonometrieën, 3D modellen, BIM, VR en AR.
Dit doet de vraag rijzen of het wel nodig is om een 3D invulling aan 2D omgevingsplanning te geven en we de lat niet hoger moeten leggen. Ook de Beleidsnota Omgeving 2019-2024 van Minister Demir stimuleert expliciet niet louter het multifunctioneel maar ook “adaptief gebruik”. Immers een loods vandaag kan morgen een leslokaal worden, ondergrondse parkeergarages transformeren tot waterbassins of voedselhubs , daken verworden tot nieuwe biotopen of energieproductiesystemen . Het failliet van het gewestplan en de integrale masterplanning heeft ons met de neus op de feiten gedrukt: een plan zonder tijdsdimensie, zonder fasering, zonder flexibiliteitsopties of adaptatievermogen is gedoemd te mislukken. Zo wijst Marcel Smets in zijn recente “Fundamenten van Stadsontwerp” op het belang van die vierde dimensie. Bijna een vierde van de concepten van het boek gaan over het belang van transformatie in onze hedendaagse stedenbouw: stappenplan, groeitraject, continuïteit, verandering, groei, verbetering, herinnering en vernieuwing. Willen we 3D-planning future proof maken, dan voorziet die best ruimte voor onzekerheid en adaptiviteit. Verschillende best practices in masterplanning zoals het plan guide, raamwerkplanning of casco-benadering tonen ons succesvolle alternatieven. Functies moeten sneller kunnen veranderen dan de 3-jaar-lange doorlooptijd voor de opmaak van een RUP. Maatschappelijke noden en globale invloeden moeten sneller aangepakt kunnen worden dan slechts om de tien jaar met een nieuw of herzien structuur- of beleidsplan. Met andere woorden: skip 3D. Ga meteen voor 4D.

  • Team:
    • Maarten Van Acker (Promotor)
    • Stefanie Dens ()
  • Periode:
    • 2022 — 2022  
    Klanten:
    • Departement Omgeving
  • Nieuws: